Valentine

Valentine

Overal en voor iedere vluchteling sport, waarom niet ?

Tekst: Laure Derenne - Foto's: Virginie Nguyen

In 2019 komt Valentine naar de universiteitsstad Leuven waar ze een master sport- en bewegingswetenschappen wil volgen. Wanneer ze een stagethema moet kiezen gaat ze meteen voor een onderwerp dat in verband staat met voetbal, een sport die ze al tien jaar beoefent. Geleidelijk aan leert ze het migrantenpubliek beter kennen en begrijpt ze hoe je deze mensen kunt betrekken bij sportclubs.

Met een internationale master bewegings- en sportwetenschappen op zak werkt Valentine nu bij de vereniging Gym SANA die bewegingsactiviteiten organiseert voor bejaarden. Hier verlaat Valentine rusthuis « les Azalées », met haar uitrusting.

In Antwerpen komt Valentine voor het eerst in een opvangcentrum voor vluchtelingen. Een maatschappelijk werkster legt uit dat zij zelf yoga- en danslessen organiseert voor de bewoners. Dat initiatief spreekt Valentine aan : « Als maatschappelijk werkster heeft ze al genoeg aan haar hoofd en bovendien heeft ze waarschijnlijk niet de professionele kennis. » Het valt Valentine op hoe attent deze vrouw is : « Zij wist dat deze vrouwen niet wilden dat mannen hen zagen, dus trok ze het gordijn van de danszaal dicht. Ik zou daar nooit aan gedacht hebben. Ik zou begonnen zijn zonder te vragen hoe het ging en of ze zich prettig voelden. Dat zou ik wel doen met personen met een fysieke of geestelijke handicap bijvoorbeeld. »

Inclusief voetbal : via Kraainem van de theorie naar de praktijk

De studente komt erachter dat aangepast sporten veel verder gaat dan sport voor mensen met een beperking. Het gaat erom op inclusieve wijze aan bewegen te doen, in alle omstandigheden en voor allerlei doelgroepen, met name migranten met specifieke uitdagingen.

Valentine woont nog altijd in Leuven. Met haar vriendin gaat ze regelmatig in het park een balletje trappen.

Het is dan ook niet verbazend dat Valentine in de club van Kraainem terechtkomt waar het project « We Welcome Young Refugees » loopt dat haar inspireert. Iedere dinsdag en vrijdag woont ze de conversatielessen bij met de jongeren van het Fedasilcentrum van Sint Pieters-Woluwe, samen met vrijwilligers Myriam, Alban en Jean-François. Valentine houdt van het contact met andere culturen, nieuwe woorden en recepten en vrolijke anekdotes.

Na deze les vergezelt Valentine de NBVM (niet-begeleide minderjarige vreemdelingen) naar het voetbalveld. Ze gaan er trainen en Valentine helpt de jongeren de door de coaches voorgestelde oefeningen beter te begrijpen.

Tijdens een conversatieles toont Valentine een foto van Kevin De Bruyne (Belgisch internationaal voetballer) aan jonge NBMV (niet-begeleide minderjarige vreemdelingen). Ze probeert ook woorden te leren in het Pashtuns of het Arabisch.

Hinderpalen op het veld wegnemen

Haar opmerkingen zijn waardevol. Zo stelt ze vast dat men niet vaak voldoende tijd uittrekt voor de presentaties. In dat geval onthouden de clubleden de namen van de spelers niet (afkomstig uit Aghanistan, Erytrea of Irak) en noemen ze hen gewoon « de vluchtelingen ». Teamgenoten moeten elkaar op het speelveld kunnen aanspreken en aanmoedigen. Valentine suggereert de coach om gemengde oefeningen te houden hetgeen persoonlijk contact in de hand werkt.

Hoe vluchtelingen tegenover voetbal staan verschilt heel sterk. Sommigen hebben nooit gevoetbald (Afghanen zijn bijvoorbeeld meer met cricket vertrouwd). Anderen zijn straatvoetbal beter gewend dan spelen op gras:« Dat zie ik omdat ze snel buitenspel staan en overal naartoe rennen waardoor ze vermoeid raken », zegt Valentine. Ze herinnert zich wel heel goed twee spelers uit Ivoorkust en enkele anderen die « een heel goed beeld van het spel hadden, goed konden dribbelen en de bal passen ».

Met culturele en taalverschillen omgaan vergt op het veld flexibiliteit en geduld. Soms moet je dingen met veel gebaren uitleggen en soms ook herhalen. Sommige coaches maken daar spontaan tijd voor vrij, anderen staan er minder bij stil, vooral op vrijdag wanneer de zondagwedstrijd al in beeld komt.

Dat is een match waaraan de vluchtelingen van Fedasil Sint Pieters-Woluwe jammer genoeg niet kunnen deelnemen. Wie daar verblijft stuurt men enkele weken na aankomst al naar andere opvangcentra, soms in andere provincies.

Durven te dromen

Valentine droomt van een breed sportnetwerk dat zich verder kan vertakken. Wanneer ze naar een ander centrum gaan zouden kandidaat-vluchtelingen makkelijk een andere plek kunnen vinden om aan sport te doen. Niet alleen in voetbalclubs trouwens maar ook op de dansvloer, de klimmuur, de pétanquebaan of bij het boogschieten. « Waarom niet ? », vraagt Valentine enthousiast. Zij komt uit Annecy en in die streek zijn er ski-instructeurs die vluchtelingen leren skiën.

Valentine heeft nu haar diploma gehaald en werkt bij de vereniging Gym SANA die bewegingsactiviteiten organiseert voor een divers publiek (bejaarden, mensen met een mentale beperking of een chronische aandoening). Ze is nog altijd dol op voetbal en droomt ervan een vrouwenteam van vluchtelingen te coachen en met hen naar de Olympische Spelen te gaan.

Valentine en haar vriendin eten een ijsje in het centrum van Leuven waar ze al bijna twee jaar woont. Zij probeert haar ervan te overtuigen om samen voor een voetbalteam te gaan spelen.

Valentine viert Carnaval met jonge asielzoekers die conversatieles krijgen voor de voetbaltraining. Een heel grappige en onvergetelijke avond volgens Valentine die zulke momenten even verrijkend vindt voor de jongeren als voor zichzelf.

Valentine danst op een liedje van Elvis Presley naast haar vriendin, Sofie, die de barbecue voorbereidt op hun balkon in Leuven. Op deze muziek probeert Valentine de bejaarden die aan haar lessen deelnemen aan het dansen te krijgen.